Valencia
- At April 15, 2018
- door Esther
- In Reportages
0
Eind maart een dag of vier naar Valencia gaan, dat kunnen we aanraden! Heerlijke temperaturen (op de laatste dag tikten we de 32 graden aan) en een fijne, ontspannen sfeer. De Spanjaarden zelf vinden het dan nog aan de frisse kant, getuige het feit dat ze gewoon nog in hun winterjassen rondliepen. Wij vonden een t-shirt meer dan voldoende ;-)
Valencia is de derde stad van Spanje. Je vliegt er in twee uurtjes naartoe en vanaf het vliegveld ben je zo in de stad. Met de metro of met de taxi, want ook die laatste is heel betaalbaar. Binnen de stad hebben we eigenlijk nooit meer dan een tientje betaald voor een taxirit. Gedeeld door meerdere personen is dat goed te doen en natuurlijk het snelst. In tegenstelling tot onze verwachtingen viel het verkeer, en vooral het gebrek aan voortdurend getoeter (toch wat gangbaarder in de zuidelijke landen), reuze mee. En wat heel verrassend is: je kunt prima fietsen in Valencia. Er zijn overal fietspaden aangelegd! OK, de fietspaden zijn vrij smal en je kunt tegenliggers verwachten, maar het is zeker aan te raden om fietsend de stad te bekijken. Wij raden je van harte Verrassend Valencia aan. Goede fietsen huren en op stap met een Nederlandse gids. Daar steek je wel het meeste van op als je geen Spaans spreekt, want veel anders dan Spaans wordt er in Valencia niet gesproken.
Verder is Valencia bekend van enfant terrible Santiago Calatrava, de bekende architect waarvan we ook werk hebben in Nederland (de bruggen in de Haarlemmermeer). Hij ontwerpt de meest bizarre gebouwen en bruggen en hoewel dat natuurlijk fascinerend is om te zien, lopen er wereldwijd inmiddels aardig wat rechtzaken tegen deze meneer, aangezien er nog weleens wat naar beneden komt zeilen of gewoonweg niet aan geldende voorschriften voldoet. Denk bijv. aan het ontbreken van nooduitgangen… Als we die gedachte even overboord gooien, is de City of Arts and Sciences een hele leuke plek om rond te lopen met al die hypermoderne architectuur.
Door de stad loopt een drooggelegde rivier, de Turia. In oktober 1957 stroomde de rivier de stad binnen en dit heeft vele mensenlevens gekost. Op diverse plekken in de stad kan je tegenwoordig zien tot hoe hoog het water in de straten kwam (zo’n 2 à 3 meter hoog!) De Spaanse regering en de gemeente van Valencia besloten toen dat de rivier omgeleid zou worden en deels drooggelegd zou worden. Het idee was dat op deze drooggelegde plek een snelweg zou komen. Gelukkig kwamen de burgers in opstand en werd besloten er een groene zone van te maken. In 1986 werd het Turia park officieel geopend. Nu kun je daar heerlijk wandelen en fietsen.
Over eten en drinken hoef je je in Valencia geen zorgen te maken; dat kun je overal. Wel is het handig om even te bedenken dat de Spanjaarden er hele andere eettijden op nahouden dan wij. Als je om een uur of vijf denkt dat het weleens tijd wordt voor een drankje en wat tapas, dan moeten we je helaas teleurstellen. Dat is precies het tijdstip waarop veel eettentjes even dichtgaan, of in ieder geval geen eten serveren. Pas na achten ‘s avonds begint er weer wat op gang te komen. (Lukt het wel om om zes uur ergens eten te krijgen, dan ben je in de toeristenzone beland!). Paella is een lunchgerecht. ‘s Avonds kun je heerlijk verse vis eten in de haven van Valencia. Het Panorama restaurant is een aanrader. Ziet er behoorlijk fancy uit, maar is heel betaalbaar. En bezoek vooral ook de mercado’s, bijv. de Mercado Colon.
Nieuwjaarsduik 2018
- At January 03, 2018
- door Bram
- In Reportages
0
Voor steeds meer Nederlanders is het de normaalste zaak van de wereld om na de oliebollen, de champagne en het vuurwerk op Oudejaarsavond, op Nieuwjaarsdag het nieuwe jaar in te luiden met een nieuwjaarsduik in de vaak koude Noordzee. Ze komen daarvoor vanuit het hele land naar Scheveningen om 2018 lekker fris te beginnen. Maar waarom duiken we eigenlijk vrijwillig in dat ijskoude water in en wie is er ooit mee begonnen?
Hoewel veel mensen en websites schrijven dat het een Nederlandse traditie is, blijkt dat toch niet het geval. Een van de oudste nieuwjaarsduiken vindt namelijk plaats in Canada. Daar organiseert Vancouver Polar Bear Swim Club sinds 1920 jaarlijks een nieuwjaarsduik. Initiatiefnemer was Peter Pantages. Bij de eerste editie doken en zwommen er 10 deelnemers. In 2017 kende het evenement 1.506 deelnemers. Het deelnemersaantal voor 2018 is nog niet bekendgemaakt. Maar hun motto was wel weer aanlokkelijk: “ Jump into 2018!”
De duik in Scheveningen, waar men dus in de winterse kou een duik in de Noordzee neemt, begon in 1965 op initiatief van Jan van Scheijndel. Als oud-Kanaalzwemmer en marathonzwemmer van de Haagse zwemclub Sport Na Arbeid, later bekend als Zwemclub Residentie, was hij wel een verzetje gewend. Maar zelfs Jan was niet de eerste in Nederland. De oudste nieuwjaarsduik van Nederland wordt namelijk in Zandvoort georganiseerd. Daar begon Ok van Batenburg met een groep zwemmers van Njord ’59 uit Haarlem in 1960 met deze traditie. Scheveningen is in de loop der jaren wel uitgegroeid tot het grootste evenement ter wereld als het gaat om nieuwjaarsduiken. Nergens rennen en springen er op 1 januari zowel mensen in de open zee als hier. In 2018 waren dat er weer ca. 10.000. In heel Nederland waren dat, verdeeld over 140 duiklocaties, ruim 51.000 mensen.
Sinds het begin van de duik in Scheveningen is de duik maar een enkele keer niet doorgegaan. In 2007 was de duik op advies van brandweer, politie, reddingsbrigade en de gemeente in Scheveningen voor de eerste keer in 39 jaar afgelast vanwege het slechte weer. Door een combinatie van harde wind uit zuid-west tot west, flinke kou en een opkomend tij, ontstond er een sterke stroming langs de kust en een hoge golfslag. In 2018 dreigde dit opnieuw te gebeuren door harde wind en hoge golven. Maar de temperatuur was relatief warm met 7 graden Celsius. Natuurlijk moet de veiligheid geborgd zijn, maar het lijkt er soms wel op of we steeds minder gewend zijn. Op Oudejaarsdag was er nog druk overleg met de hulpdiensten. Maar uiteindelijk ging de wind liggen, brak zelfs de zon door en kon de duik zorgeloos doorgaan. De golven maakten de beelden er niet minder spectaculair om.
Paleis Soestdijk
- At December 30, 2017
- door Bram
- In Reportages
0
Paleis Soestdijk is het voormalig koninklijk paleis in Baarn. Soestdijk, of eigenlijk “Hofstede Aen Zoestdijck”, is vernoemd naar ‘de Soestdijk’ die langs het buurtschap Soestdijk loopt.
Het centrale deel van het gebouw werd als eerste gebouwd, rond 1650, in opdracht van de burgemeester van Amsterdam; Cornelis de Graeff. In die tijd was het redelijk normaal dat vooraanstaande personen een tweede thuis hadden, weg van de vuile, ziekmakende en ongezonde stad. Vergeet niet dat er in die tijd geen riolering was en dat paardenpoep de straten bedekte…
Het paleis werd verder bewoond door onder andere stadhouder Johan Willem Friso, Louis Napoleon (de broer van Napoleon Bonaparte), koning Willem II en koningin Emma. Vanaf 1937 was het het woon- en werkpaleis van prinses en later koningin Juliana en prins Bernhard. Tot hun dood in 2004. Sinds 1971 is het paleis in Rijksbezit.
In de loop der tijd werd het paleis verschillende keren aangepast en uitgebreid. Eén van die uitbreidingen omvatte de twee vleugels aan weerszijden van het hoofdgebouw met de kenmerkende halfronde zuilengalerijen. Deze zuilengalerijen zijn geïnspireerd op het Tsarenpaleis in Pavlovsk nabij Sint-Petersburg, Rusland. Dit idee was afkomstig van de vrouw van koning Willem II, Anna Paulowna van het geslacht Romanov. Zij is geboren en opgegroeid in het paleis in Pavlovsk. (Volgens de overlevering vroeg Anna bij de eerste aanblik van paleis Soestdijk of dit het poortgebouw was…) Aanvankelijk waren de colonnades open omdat Soestdijk primair werd gebruikt als zomerpaleis. Dit was nog steeds het geval tot de dood van koningin-moeder Emma in 1934. Daarna werden er verschillende modernisaties doorgevoerd, zoals het beglazen van de colonnades zodat het paleis ook buiten de zomerperiode gebruikt kon worden. Ook werd er elektriciteit aangelegd.
Momenteel is het paleis een tijdelijk museum in afwachting van grote renovaties. Het is onlangs verkocht aan een consortium genaamd Made by Holland. Een deel van het paleis wordt een hotel. Er zal ook ruimte zijn voor tentoonstellingen. Er zullen 65 huizen worden gebouwd op het terrein van de oude Koninklijke Marechaussee. Het omliggende bosgebied zal worden geopend voor recreatieve gebruikers. De renovatie gaat Made By Holland zo’n 100 miljoen euro kosten en zal naar verwachting in 2018 starten. Tot die tijd blijft het paleis open als museum. En dat is het bezoeken waard.
Het museum toont je de meest prominente delen van het paleis op de begane grond en in de kelders “zoals het was”. Dat wil zeggen, verlaten door Juliana en Bernhard, zonder verdere verbeteringen of restauraties en met veel achterstallig onderhoud. Dit laatste is eigenlijk ook de charme van het museum. Terwijl je door de kamers en gangen loopt, krijg je echt een gevoel voor hoe Juliana en Bernard hier leefden. Met de goed verzorgde rondleidingen door gidsen wordt dit nog eens extra benadrukt.